Medicijnen en supplementen: wanneer is het goed en wanneer is het teveel van het goede?

Medicijnen en supplementen

Medicijnen en supplementen zijn voor miljoenen Nederlanders een dagelijks onderdeel van hun leven. Voor andere Nederlanders is een medicijn iets wat ze een aantal keer per maand slikken – bijvoorbeeld als ze hoofd-, rug- of menstruatiepijn hebben. Voor weer anderen is het nemen van een of twee pijnstillers iets wat ze hooguit een paar keer per jaar doen. Weer anderen slikken helemaal nooit iets: sommige mensen hebben niet eens paracetamol in huis. Er zitten dus grote verschillen tussen hoe en hoeveel mensen medicijnen gebruiken.

Door een arts

Als je een medicijn slikt dat door een arts is voorgeschreven, dan is het in de regel goed voor je. Maar veel mensen slikken ook medicijnen en supplementen die zonder recept verkrijgbaar zijn. Veel mensen stappen bijvoorbeeld een drogisterij binnen als ze verkouden zijn. Dan komen ze thuis met een zak vol pijnstillers, hoestsiroop, strepsils en andere goedjes die het immuunsysteem aansterken of de symptomen verlichten. Dit is in de regel ook een redelijke functionele manier om met ziekte om te gaan. Andere mensen stappen de apotheek binnen omdat ze bijvoorbeeld meer langdurige klachten hebben. Sommigen hebben dit eerst met een arts besproken, maar veel mensen doen dit ook op eigen initiatief: ze hebben zich bijvoorbeeld op internet ingelezen of vragen de medewerker van de drogist om advies. Wanneer is dit goed voor je en wanneer wordt het te veel van het goede?

De zin en de onzin van medicijnen en supplementen

Als je te ver doorschiet in deze medicatiebehoefte, dan kunnen hier verschillende dingen aan ten grondslag liggen: wellicht heb je van vrienden, familieleden of bijvoorbeeld een trainer op de sportschool de tip gekregen om bepaalde supplementen bij te slikken. Misschien heb je ook wel het idee dat je meer medicijnen of supplementen nodig hebt dan wat je lichaam daadwerkelijk nodig heeft. Je bent bijvoorbeeld ziek geweest en blijft de dingen waarvan je het idee hebt dat ze je beter hebben gemaakt lange tijd bijslikken. Of misschien heb je het idee dat je door bepaalde dingen te slikken kunt voorkomen dat je opnieuw ziek wordt. Je slikt bijvoorbeeld echinacea, quercetine of zink omdat je in de media hoort dat de coronacijfers weer oplopen. In al deze gevallen kunnen mensen in elk geval uitleggen waarom ze het slikken.

Schaal

Er is hier sprake van een schaal waar aan de ene kant bepaalde overwegingen rationeel zijn en in de realiteit gestoeld zijn. Aan de andere kant van de schaal zijn de zaken op bijgeloof gebaseerd. Een voorbeeld hiervan zijn homeopatische middelen, die nog altijd erg populair zijn, terwijl ze geen ondersteuning vinden in de medische wetenschap. Sommige mensen slikken ook medicijnen of supplementen omdat een bepaalde ziekte in de familie voorkomt en ze willen voorkomen dat ze deze ziekte krijgen. Als mensen zonder medische achtergrond dit op eigen houtje doen, dan kan er sprake zijn van medicijnverslaving. Hoe weet je waar jij je op die schaal bevindt?